Stoomloc Pesantren Baroe 214

Deze stoomlocomotief is een is een 80 pk sterke Mallet. Du Croo & Brauns  levert haar in 1928 met fabrieksnummer 159 nieuw aan Suikerfabriek Koenir van de Handels Vereeniging Amsterdam. Uiteindelijk belandt ze op Suikerfabriek Pesantren Baru. We zijn van plan deze iconische locomotief bedrijfsvaardig te herstellen.

In 1885 patenteert de Zwitserse ingenieur Jules T. Anatole Mallet dit type locomotief. De eerstgebouwde Mallets is een serie door Paul Decauville gebouwde smalspoorlocs die hij inzet tijdens de wereldtentoonstelling in Parijs in 1889.

Du Croo & Brauns bouwt in totaal 61 mallets, van kleine 60 pk-tenderlocs tot een voor plantages relatief grote machine van 100 pk met losse tender. Bij  mallet-locomotieven treffen we twee machines aan (het deel van de locomotief waar door middel van cilinders, drijfwerk en de wielen, kracht wordt omgezet in beweging): één aan het hoofdframe en één bevestigd aan een apart frame, de zogenaamde wagen. De wagen bevindt zich vooraan en is met een scharnier bevestigd aan het hoofdframe. Alle D&B-mallets zijn als compound-locomotieven uitgevoerd, wat wil zeggen dat de afgewerkte stoom uit de kleine hogedrukcilinders aan het hoofdframe wordt hergebruikt om andermaal dienst te doen in de grote lagedrukcilinders aan de wagen.

De oorsprong van Du Croo & Brauns begint in 1906 met een door ir. E.A. Du Croo opgerichte Nederlandse handelsfirma. In 1908 start de samenwerking met ir. P.J.C. Brauns. Al in 1910 besluiten beide mannen tot de oprichting van de N.V. Constructiewerkplaatsen v/h Du Croo & Brauns, waardoor de mogelijkheid ontstaat om extern kapitaal aan te trekken. Men importeert o.a. stoomlocs van Maffei en Hanomag, is verkoopkantoor voor Deutz motorlocomotieven en bouwt motorlorries, kipwagens, wissels en verder alles wat een bedrijf op smalspoorgebied nodig heeft. Alleen géén locomotieven. Daarvoor wordt in 1917 met de N.V. Machinefabriek Du Croo & Brauns een aparte dochteronderneming opgericht. Het duurt nog tot 1922 voor de eerste stoomlocomotief wordt geproduceerd. In Nederland verkoopt Du Croo & Brauns slechts een enkele stoomlocomotief. Vrijwel de gehele productie van 275 stoomlocomotieven belandt in Nederlands-Indië. Het feit dat het merendeel van de aandelen van D&B in handen was van de Nederlandsche Handel-Maatschappij, zal daar zeker aan hebben bijgedragen. De NHM, de voorloper van de ABN, financierde bedrijven die plantages in Nederlands-Indië beheerden, en was zelf ook eigenaar van een aantal plantages.

De economische crisis van 1929 heeft grote gevolgen voor Du Croo & Brauns. Het bedrijf gaat failliet. Althans, men laat de Constructiewerkplaatsen failliet gaan. De Machinefabriek maakt met behulp van een lening van de Gemeente Amsterdam een doorstart.

Al in de jaren ’20 richt Du Croo & Brauns zich ook op de verkoop van diesellocomotieven. Eigenlijk gaat dat op de zelfde wijze als eerder bij de stoomlocs. In eerste instantie handelt men vooral in producten van anderen. Vanaf de tweede helft van de jaren ’30 bouwt men in opdracht van buurman Kromhout casco’s voor motorlocomotieven voor ondergronds en bovengronds gebruik. Pas in een later stadium worden de locomotieven volledig in eigen beheer gebouwd. Maar veel meer dan enkele tientallen locs zijn het niet. Daaronder veel mijnlocomotieven. Diesels voor bovengronds gebruik zijn een zeldzaamheid. De allerlaatste mijnlocomotief wordt in 1963 afgeleverd.

Technische gegevens

Fabrikant: Du Croo & Brauns, Weesp
Type: BB-Mallet
Fabrieksnummer: 159
Bouwjaar: 1928
Spoorwijdte: 700 mm
Lengte over buffers: 6700 mm
Grootste breedte: 2300 mm
Maximale hoogte: 3120 mm
Gewicht dienstvaardig: 18.500 kg
Vermogen: 80 pk
Maximum snelheid: 25 km/h
Huidige staat: niet rijvaardig