Stoomloc Soemberhardjo 9

Deze stoomlocomotief is door Du Croo & Brauns onder fabrieksnummer 81 in 1925 nieuw geleverd aan Suikerfabriek Klampok. Wanneer de locomotief naar Suikerfabriek Sumberhardjo is verhuisd, weten we niet; het ketelboek is onvindbaar.
Ze heeft vier assen waarvan de voorste en achterste van het type Klien-Lindner zijn. Heinrich Lindner, hoofdingenieur bij de Saksische spoorwegen, vindt het systeem rond 1890 uit en zijn opvolger Ewald Klien perfectioneert het. Klien-Lindner-assen zijn holle assen, waarin een vaste kernas loopt. Die kernas, die gelagerd is in het locomotiefframe en verbonden met het drijfwerk, is in het midden door een kogelgewricht verbonden met de holle as waaraan de wielen zijn bevestigd. Zo kunnen de wielen iets draaien ten opzichte van de as, waardoor de loc makkelijker door krappe bogen loopt.
Du Croo & Brauns heeft 47 vierassige locomotieven gebouwd die voorzien zijn van assen volgens het Klien-Lindner-systeem.

De oorsprong van Du Croo & Brauns begint in 1906 met een door ir. E.A. Du Croo opgerichte Nederlandse handelsfirma. In 1908 start de samenwerking met ir. P.J.C. Brauns. Al in 1910 besluiten beide mannen tot de oprichting van de N.V. Constructiewerkplaatsen v/h Du Croo & Brauns, waardoor de mogelijkheid ontstaat om extern kapitaal aan te trekken. Men importeert o.a. stoomlocs van Maffei en Hanomag, is verkoopkantoor voor Deutz motorlocomotieven en bouwt motorlorries, kipwagens, wissels en verder alles wat een bedrijf op smalspoorgebied nodig heeft. Alleen géén locomotieven. Daarvoor wordt in 1917 met de N.V. Machinefabriek Du Croo & Brauns een aparte dochteronderneming opgericht. Het duurt nog tot 1922 voor de eerste stoomlocomotief wordt geproduceerd. In Nederland verkoopt Du Croo & Brauns slechts een enkele stoomlocomotief. Vrijwel de gehele productie van 275 stoomlocomotieven belandt in Nederlands-Indië. Het feit dat het merendeel van de aandelen van D&B in handen was van de Nederlandsche Handel-Maatschappij, zal daar zeker aan hebben bijgedragen. De NHM, de voorloper van de ABN, financierde bedrijven die plantages in Nederlands-Indië beheerden, en was zelf ook eigenaar van een aantal plantages.

De economische crisis van 1929 heeft grote gevolgen voor Du Croo & Brauns. Het bedrijf gaat failliet. Althans, men laat de Constructiewerkplaatsen failliet gaan. De Machinefabriek maakt met behulp van een lening van de Gemeente Amsterdam een doorstart.

Al in de jaren ’20 richt Du Croo & Brauns zich ook op de verkoop van diesellocomotieven. Eigenlijk gaat dat op de zelfde wijze als eerder bij de stoomlocs. In eerste instantie handelt men vooral in producten van anderen. Vanaf de tweede helft van de jaren ’30 bouwt men in opdracht van buurman Kromhout casco’s voor motorlocomotieven voor ondergronds en bovengronds gebruik. Pas in een later stadium worden de locomotieven volledig in eigen beheer gebouwd. Maar veel meer dan enkele tientallen locs zijn het niet. Daaronder veel mijnlocomotieven. Diesels voor bovengronds gebruik zijn een zeldzaamheid. De allerlaatste mijnlocomotief wordt in 1963 afgeleverd.

Technische gegevens

Fabrikant: Du Croo & Brauns, Weesp
Type: Dn2t, Klien-Lindner
Fabrieksnummer: 81
Bouwjaar: 1925
Spoorwijdte: 700 mm
Lengte over buffers: 5700 mm
Grootste breedte: 2320 mm
Maximale hoogte: 3175 mm
Gewicht dienstvaardig: 17.300 kg
Vermogen: 90 pk
Maximum snelheid: 30 km/h
Huidige staat: niet rijvaardig