Motorloc 86

Deze Lorenknecht  is in 1956 gebouwd door Rudolf Kröhnke uit Buxtehude (D). Krönhke maakte voor de Lorenknecht gebruik van een motor van Deutz en een versnellingsbak van Stromag. Best mogelijk dat ook de frames van elders werden betrokken en Kröhnke alleen verantwoordelijk was voor de assemblage. Men begon begin jaren ’40 met de productie. Uiteindelijk zijn er tot aan het begin van de jaren ’60 zo’n 266 Lorenknechts geproduceerd. Daarvan kwamen er 12 naar Nederland, waarvan alleen dit exemplaar bewaard is gebleven.
Ons exemplaar is door Orenstein & Koppel uit Amsterdam op 24 april 1956 geleverd aan de Maatschappij tot Exploitatie der Steenkolenmijnen Laura & Vereeniging in Eygelshoven voor een prijs van 4950 gulden. Bij de Laura werd ze gebruikt voor licht rangeerwerk met houtlorries, waarop de stutpalen voor de mijngangen werden vervoerd. Ze is om die reden voorzien van stalen schutborden, waarmee voorkomen wordt dat schuivende lading de motor beschadigt, of erger nog, de machinist verwondt.

In 1982 is zij met ander materieel van deze mijn opgesteld als monument bij de schacht Nulland in Kerkrade. In 2009 is de locomotief en ook een deel van dat mijnmaterieel toegevoegd aan onze collectie. Al meteen was duidelijk dat we op zoek moesten naar een vervangende motor. De oorspronkelijk motor was niet meer compleet en sterk door roest aangetast. Gelukkig was dat geen onoverkomelijke opgave. Van de Deutz MAH 711-motoren zijn tussen 1935 en 1970 niet minder dan 73.207 exemplaren gebouwd! Ze werden vooral gebruikt voor stationaire toepassingen, zoals generatoren en pompen. Medio 2018 zijn we begonnen met een omvangrijke restauratie die in juli 2020 is afgerond. De loc is daarbij ook omgespoord van 515 mm naar een spoorwijdte van 700 mm.

Eigenlijk is locomotief een te luxe benaming voor dit vehikel. In de dagelijkse praktijk sprak men dan ook over een motorlorrie. En dat is ook precies wat het is. Een motor op een lorrieframe, eenzelfde frame waarop ook kipwagens en plateuwagens werden gebouwd. Was de transportbehoefte klein, de vervoerde last niet al te zwaar en de baan licht en zonder hellingen, dan was zo’n motorlorrie een prima alternatief voor de duurdere motorlocomotief. Comfort was ver te zoeken, veel motorlorries zijn niet geveerd en dit exemplaar heeft ook nog eens een harde zitbank. Kortom, elke oneffenheid in de spoorbaan werd door de machinist gevoeld.

Meerdere fabrikanten hadden motorlorries in hun assortiment. Zo verzond de Nederlandse firma Du Croo & Brauns al in 1920 een brief aan haar klantenbestand waarin men twee verschillende uitvoeringen aanbood. Du Croo & Brauns voorzag haar motorlorries van een 6 pk Austro-Daimler benzinemotor en versnellingsbak. Ook hadden ze een ballastbak. Door die te vullen werd het gewicht, en daarmee ook de trekkracht, vergroot.
Maar waarom kopen? Handige jongens knutselden zo’n apparaat zelf in elkaar. Ook daarvan zijn meerdere voorbeelden bekend.

Rudolf Kröhnke startte zijn bedrijf in 1928 in Buxtehude. Het was een machinefabriek die tal van producten maakte die varieerden van vrachtwagens en tractoren tot oliepersen en aggregaten. Met de bouw van locomotieven begon men pas in de oorlogsjaren. Naast de Lorenknecht produceerde men ook een zwaarder type van 11 pk dat wel het uiterlijk van een locomotief had. Eind jaren ’90 nam Deutz het bedrijf over.

Technische gegevens
Fabrikant: Rudolf Kröhnke, Buxtehude (D)
Fabrieksnummer: 261
Bouwjaar: 1955
Type: Lorenknecht
Motor: Deutz MAH711, eencilinder, viertakt, watergekoelde dieselmotor
Vermogen: 6 pk
Spoorwijdte: 700 mm
Lengte over de buffers: 1760 mm
Grootste breedte: 1120 mm
Maximale hoogte: 1080 mm
Gewicht dienstvaardig: 700 kg
Maximum snelheid: 8 km/h
Huidige staat: rijvaardig
Nationaal Register voor Mobiel Erfgoed: geen status

Klik hier om uw eigen tekst toe te voegen